Zestiende stapmoment van Auberge du vieux
chateleu (Grand Mont) tot Nyon
van
zaterdag 18 augustus tot en met zaterdag 25 augustus 2007
Uitgebloeide gele Gentiaan … een beiaard van koeiengeklingel … de Jura ontdekt
Planning:
Zaterdag 25/08: huiswaarts ….
Met 8 stappers en 2 border collies:
Rita, Erik, Christian, Mark, Betty, Heidi, Martine en Kaat - Wabbe en Nel
MP II vertelt …
Dag 1: (Prélot –) Vieux-Chateleu (1201m) – le Théverot (900m) - staptijd: 2u
Kaat en Mark staan om 10u45 stappensklaar met dagrugzak, proviand, stapschoenen en de stok in de aanslag. Klaar voor de inhaaltocht van een kleine 3u45. Le prélot is de vertrekplaats. Een afgelegen gehuchtje waar de weinige bewoners komen kijken en ons een vrolijke ‘bonjour’ toewensen. De GR5 ligt er nog. Hij duwt de voorhoede door een stijgend pad, langs en door vochtige grasweiden. Vervolgens wordt het bos ingestapt en puffen de twee naar boven langs een mooi, maar modderig en steil pad.
De tocht verloopt afwisselend langs en door weiden en vordert een groot stuk op de grens met Zwitserland. De route volgt een stenen bordes waar het nummer 1819 op prijkt en een volgnummer. Daarnaast ligt een oude bemoste stenen muur van wel 1 m dikte die een groot stuk van het pad afzoomt. |
Het doet denken aan de loopgraven in Bretagne die nu ook dienst doen als mountainbike- of wandelroutes. Het is een leuk en vooral oud paadje en historische gevoelens die ons terugbrengen naar legendarische veldslagen, wellen op. Vogels fluiten, krekels tjirpen en koeien bellen … geen stemmensymfonie … wel storende kanonschoten ergens in het dal. Aan de Zwitserse grens lonkt een restaurant (le gros Gardot) voor de middaglunch. Maar volgens het smsje van Rita zouden we beter doorstappen om tijdig in le vieux-Chateleu toe te komen en het laatste stuk samen met de 6 anderen af te malen. Dus bergen we Pavlov op en wordt het gezellig en lekker picknicken in het gras en onder de zon. Een kwartier later is het verder stijgen richting les Cernoniers. De GR5 maakt een omweg over weiden, de reden waarom is niet duidelijk. Misschien het uitzicht of de ‘belvédere’? In ieder geval volgt hij snel terug de weg om dan het bos in te duiken. De randen zijn begroeid met bramen, wilde frambozen en allerhande zomerbloesem in paars en geel. Mark leeft zich uit in het fotograferen van bloemen en vlinders. Het laatste stuk loopt langs een nieuwe geasfalteerde baan. Boven staat de gîte le vieux-Chateleu.
Eerder dan verwacht (14u40) zien ze mij, manneke pis 2 of MPII, staan geprangd tussen muziekbox en plafond. Ben ik blij dat ik eindelijk weer buiten mag! Maar ik moet nog veel geduld uitoefenen. Ze bestellen koffie en dan nog iets alcoholisch en wachten op de anderen. Ondertussen horen ze de gastvrouw uit over de wijnen en kazen uit de streek. De ‘vin jaune’ is een typische Jurawijn. Hij wordt 7 jaar op vat gehouden zonder dat er water aan wordt toegevoegd. Het krijgt zijn typische smaak van noten en hout van het vat. Het is sec, niet zoet, aldus la patronne. Het is duurder dan Champagne (38 euro voor een fles vin jeaune, en 32 euro voor een fles Champagne…), maar de moeite, vindt ze. Verder prijst ze de ‘macvin’ aan, te vergelijken met pineau de Charente, maar goedkoper en lekkerder. Zeker met de Conté kaas! Ze geeft ook een woordje uitleg over de Vin de paille: druiven drogen op stro en dan wordt er pas wijn van gemaakt.
Rond 16 u komen de anderen eindelijk toe. De ‘madame’ van Erik (gps…) koos vandaag blijkbaar niet voor de kortste weg … en dus waren ze langer onderweg dan gepland. Het is een gekwetter van jewelste en vooral een leuk weerzien.
Om 17u30 kunnen de 8 stappers, de 2 border collies en ik eindelijk vertrekken voor een late inlooptocht van een kleine 1u45.
Iedereen is duidelijk in vorm en heeft er zin in. Maar algauw blijkt dat de voorbereiding te snel is gebeurd. Erik heeft het boekje met de wegbeschrijving in de auto laten liggen. Er ontstaat al snel onduidelijkheid en discussie over welke kant uit te gaan, maar het roodwit wordt gelukkig snel gevonden. Onderweg worden bramen gegeten en daardoor wat getreuzeld. |
Met als gevolg dat 3 stappers en 1 hond de anderen niet terugvinden. De gsm wordt ter hulp geroepen. Blijkbaar is de voorhoede een andere weg ingeslagen dan waar het roodwit naartoe leidt. Discussie weer volop over GR5 en variante. We kiezen voor de kortste en de wegwijzer en dus niet voor het roodwit. Toch niet het eerste halfuur, want nadien komen we het GR teken terug tegen. De tocht is mooi en rustig. We stappen vooral door bos. Na een kleine 2u komen we aan een kabbelend riviertje en een piepklein gehuchtje, bestaande uit 2 huizen, le Théverot, waar twee auto’s op ons wachten. Net goed, want de magen beginnen te knagen.
In le Vieux-Chateleu installeert iedereen zijn bedje en frist zich op in de gezamenlijke dortoir. Het is er oud met veel hout en ontzettend krakende planken die een snode dief onmiddellijk zullen verraden bij het binnen sluipen van onze slaapruimte.
Beneden staat onze tafel gedekt, naast andere tafels. Het is er bijzonder druk en uitermate gezellig. Een typische berghut waar je je zo de winteravonden naast het haardvuur kan voorstellen.
Wat schaft de pot: croutte forestière (een toast met een lekkere maar romige saus met allerhande bospaddestoelen), vervolgens jambon cuit met een gratin van aardappelen en sjalotten. Dan een kaasschotel, waaronder Conté en andere streekkazen om tot slot te eindigen met een dessert naar keuze waaronder myrtille taart, flan caramel en ander lekkers. We zijn weer goed begonnen! |
Voor we het bed inkruipen wordt de sterrenhemel bewonderd en de beperkte kennis over de hemellichamen bovengehaald. Het is heel helder en koud. Morgen dus mooi weer…?
Dag 2: van le Théverot tot la Cluse-et-Mijoux (860m) staptijd: 6u20 (+- 25 km)
Na een stille nacht, voor de meeste dank zij de nieuwe gele oordopjes of andere hulpmiddelen …, zitten we om 8u aan het ontbijt en genieten van het lekkere brood en de verse koffie. De dames worden afgezet en de heren rijden met de wagens naar het eindpunt. Het is inderdaad mooi weer. De dames vleien zich neer in de buurt van wat zij denken dat de vertrekplaats is, aan liggende eiken die ideale zit- en ligplaatsen zijn. Ze tetteren erop los en hebben het over de BBB-activiteiten en andere sportieve initiatieven die sommigen begin september zouden opnemen om alles - en vooral de conditie - optimaal te houden.
Martine oefent het elegant en vlot stappen met twee stokken, à la Nordic walking. Het moet gezegd, het ontlast sommige spieren en verhoogt de cadans.
De mannen zijn terug en om 10u40 vertrekt de troep achter le Théverot het bos in en omhoog. Het is een breed pad met veel losse stenen en pittig om mee te starten! Bovengekomen worden de benen ontbloot omdat de zon haar best doet. Maar de wolken blijven plagen en zorgen voor een frisse afwisseling.
Het roodwit troont de stappers over een enorme weide. Een fietser en jogger peigeren zich af en worden opgeschrikt door 2 vervaarlijk blaffende border collies die menen de groep te moeten beschermen.
Het pad is moeilijk begaanbaar, maar echt een GR waardig.
We klimmen verder tot over de 1000 m en volgen weer de mijlpalen tussen Zwitserland en Frankrijk. De Zwitserse bodem voelt even goed. De mijlpalen zijn hier eveneens genummerd 1819 met een volgnummer uniek per paal. Rita vertelt dat in de Pyreneeën deze mijlpalen jaarlijks officieel worden gecontroleerd door elk land (Spanje en Frankrijk) en dat dit een gelegenheid is tot feesten aan de grens.
De GR5 loopt verder door het bos en daalt tot aan een idyllisch watertje omzoomd met een glooiende grasweide en bloemen zoals de herfsttijloos, een zeldzame maar hier regelmatig geziene bloem.
|
(Uit internet: Herfsttijloos (Colchicum autumnale) stamt oorspronkelijk uit West-Azië en het Middellandse Zeegebied, maar komt nu met uitzondering van het Noorden, in geheel Europa voor. Ze komt vooral voor in bossen, langs duinpaden en in vochtige weilanden. De Nederlandse naam zou slaan op het nog geen bladeren hebben bij de bloei. De plant is zeer giftig en mag dan ook niet door dieren gegeten worden. Het is een knolgewas dat veel op de krokus lijkt. De plant bloeit in de herfst, maar de bladeren en vruchten komen pas in het voorjaar te voorschijn. Het is een zogenaamde droogbloeier. Dat wil zeggen dat de bol geen water opneemt en geen wortels en bladeren vormt tijdens de bloei. De bloem heeft drie stijlen en zes meeldraden en onderscheidt zich op deze wijze van de krokus.)
De idyllische plek wordt ontsierd door verse en oude koeienvlaaien, maar voor Martine geweldig om in te prikken! Het is nog maar net 12u, te vroeg om te picknicken en de grond is te drassig om te gaan zitten. Dus wordt deze prachtige picknickplaats in het geheugen geprent.
Na al deze natuurpracht volgen de stappers de baan tot in het dorpje les Alliés. Verder stappen we langs een glooiend landschap en klimmen de vallei schuin uit. De dames met de 2 stokken (Rita en Martine) zetten er vaart in en vliegen al tikkend op vier steunen met gelijke tred naar boven. Een echte ‘milka’koe gaapt ons herkauwend na met een bengelende grote bel aan haar nek. Tijd om bij te tanken, want de energie verlaagt zienderogen, het is ondertussen 13u. Eindelijk stopt de prikkeldraad en is het mogelijk om een zachte berm, liggend in de zon en min of meer windvrij, op te kruipen. Ideaal om het brood en de rest boven te halen! Betty zit echter op de route van rode mieren en veert recht kloppend op haar billen; geen mier die het nog aandurft dichterbij te komen… Betty verzet zich toch maar. Erik merkt na twee stapjaren een boodschap in zijn schoenen: "warning – this boots will bring you further than you think!"
De plek is prachtig en nodigt uit tot een siësta tot na 14u. Er wacht nog 3u15 staptijd om vandaag af te malen. (Althans volgens ons boekje, dat blijkbaar een oude editie van 1993 is en daardoor klopt het niet altijd…)
Met hernieuwde energie worden de stramme spieren terug opgewarmd en volgen de 8 verder de GR5. Het pad voert door mooie glooiende weiden (les pâturages), bevolkt door grazende en ons aanstarende melkbeesten. Speciale doorgangen (soort bruggetjes in ijzer of hout) geven er toegang toe. Blijkbaar gaan koeien er niet over omdat ze hoogtevrees kennen. Wabbe vindt die dieren uitstekend materiaal om haar autoriteit te meten en vliegt er blaffend op af. De volgende weiden (en dat zijn er bijzonder veel) wordt ze dus steeds stevig aangelijnd…
Aan een brugje bij la ferme La Motte volgt de GR een nieuwe route, althans volgens ons boekje. Het vers geschilderd wit rode kruis gebiedt ons het traject van de VTT (ook bewegwijzerd) te nemen. Tegen ons oriëntatiegevoel in (we moeten zuidwaarts en de weg duwt ons Noordwaarts), volgen we de vers geschilderde streepjes. Het is klimmen over een mooi stenen paadje, badend in de zon en dus geen reden tot morren. We volgen aarzelend het nieuwe traject tot we de oorspronkelijke GR5 of de variante terug bewandelen, ditmaal in de juiste richting! Afwisselend door bos en weide met milka koeien en hun typische belgeluid, vorderen we stevig. En ook mensen komen we af en toe tegen, al is het in een hel paarse open jeep (of hoe het ook noemt). Vader en dochter hebben gezellig gewandeld.
Na een uur wordt een rustpauze gevraagd. De spieren hebben rust nodig. Een glooiende weide nodigt uit.. Roofvogels cirkelen sierlijk boven de hoofden en worden met de verrekijker bewonderd. Het wordt een gok: arend, gier of buizerd. Volgens Betty geeft hun geroep (een soort miauw) aan dat het buizerds zijn.
Na een kwartier dieren kijken en snoepen, wordt de tocht verder gezet. De groep komt aan een skigebied met daarnaast een boerderij waar een jong kalfje van enkele maanden oud wankelend op zijn benen de buitenwereld aanschouwt. Veel tijd heeft het niet om ons te bekijken, want we stappen gezwind verder langs een wandelpad dat ook door de plaatselijke bewoners of andere toeristen druk wordt bewandeld. Blijkt dat het wegje eindigt aan het Fort Mahler met een prachtig zicht op kasteel le Joux, net zoals het op de voorpagina van ons GR5-boekje prijkt. De lichtinval door de avondzon, geeft het nog meer allure. In de diepte ligt het dorpje La Cluse-et-Mijoux waar de auto’s staan te wachten en de auberge chateaux les joux ons verwacht.
Volgens het oude boekje moeten we stijl naar beneden, maar die route is versperd wegens te gevaarlijk. De alternatieve route is 30 min lang, mooi zacht dalend over stenen en gras, met een koppel paarden onderweg schuilend onder bomen. Het kasteel krijgen we nog af en toe te zien. Op het einde volgt de GR een schapenpaadje dat vrij stevig daalt tot aan de kerk en het kerkhof. Het is 18u20… |
De auberge heeft zijn frisse en jonge jaren gekend, net zoals de 11 jarige Duitse scheper die onverstoorbaar zijn mat naast ons opzoekt. Er zijn een beperkt aantal kamers met bedden waar je jezelf niet in terugvindt. Niet omdat het grote bedden zijn, wel omdat de matrassen veel te veel inzakken… De kamer die bedoeld was voor 4 dames, is veel te klein en de bazin wordt bereid gevonden een kamer bij te geven. Gelukkig maar! De Pelfort als aperitief smaakt en vooral het douchke doet deugd.
Om 20u schuiven we aan tafel voor een groentenschotel als voorgerecht, rosbief met aardappelen en warmoes en weer keuze van dessert tussen île flottante, crème caramel, chocolade mousse, ijs of crème brûlé. Voor elk wat wils!
Dag 3: la Cluse-et-Mijoux tot Les Hôpitaux-Neufs staptijd: 5u30
Om 8u horen we de slechte slaapverhalen en het gevecht met het ‘worstenkussen’. Christian is op de grond gaan liggen; Erik lag diagonaal in het bed. Terwijl de auto’s worden verplaatst, luisteren we naar het verhaal van het kasteel, dat de grens tussen Zwitserland en Frankrijk diende te bewaken .
Rond 9u50 vertrekken 6 pinguïns (2 groene, 2 blauwe, 1 grijze en een rode), 1 paraplu en 1 gewone regenjas richting kasteel. Het zal een natte dag worden. Onderweg komen we andere pinguïns tegen ook op zoek naar de juiste weg. We voelen ons al minder excentriek…
Het kasteel wordt snel bezocht, we zijn er nu toch. Erik neemt nog een kiekje van de 7 would be ridders en dan is het tijd om ons terug op te warmen! Het is slechts 7°!
De rood witte streepjes zijn niet gemakkelijk te vinden. Oude markeringen worden gevolgd tot beneden, maar dat blijkt niet de juiste weg te zijn. Weerom discussie en Betty stelt voor om te ‘splitsen’ … Met slechts één boekje en één kaart en de filosofie van ‘samen sterk’, besluiten we het kasteel nu vanuit kikkerperspectief te bekijken en even de geel blauwe variante te volgen. Op die manier doen we het patrimonium van La Cluse alle eer aan!
Om 11u zijn we op de variante van de GR5 beland. De groep beslist om die te volgen en het zoeken naar de echte op te geven. Het is tenslotte maar voor een beperkt aantal kilometers.
Werkmannen vernieuwen de baan en maken het de stappers niet gemakkelijk. Maar eindelijk bereikt de groep de weiden en een pad middenin dat naar het bos leidt. Het pad is herdoopt in een ware modderpoel en doet de groep toch even ‘splitsen’. De ene glijdt en sukkelt langs het modderpad naar boven; de andere kiest voor de zachte weide maar wordt boven gehinderd door een prikkeldraad die overstapt moet worden.
De alternatieve GR5 valt best mee. Het roodwit is hier goed aangeduid. De regen valt rustig, niet onstuimig en opklaringen kondigen zich aan. Ook vandaag wisselen weiland en bos regelmatig af. Eén constante is de aanwezigheid van koeien. Meestal bekijken ze ons licht verstoord, maar ze laten er hun rust niet voor, tenzij Wabbe van zich laat horen. Maar liever een blaffende hond dan een stinkende … want die vindt het vaak nodig om zich ergens in te wentelen … Wat is het geheim van Nel? Die doet dat niet …
Rond de middag bereiken we het hoogste uitzichtpunt van vandaag (1100m): le belvédère de la Roche Sarrazine. Even later bereiken we het dorp Les Fourgs. Het ruikt er naar een skidorpje in Oostenrijk: houtvuur en landbouwgeuren… De koude wind en het onzeker weer doet ons zoeken naar een warme omgeving om onze bokes te mogen opeten. |
Mark wordt op verkenning gestuurd en geeft een positief sein. De stokken en honden worden buiten gelaten en met onze 8 x 2 vuile stapschoenen betreden we de propere auberge de l’hermitage. Het brengt hen een vuile vloer en 15 koffies aan 2,5 euro op. Maar les randonneurs zijn welkom.
Even na 14u verlaten we de hoofdbaan en lopen de weiden in omhoog tot aan een kleine kapel van 1925. Een leuke plek voor een foto, een bezinningmomentje en een briefje voor het Rekenhof in de veronderstelling dat ze deze alternatieve route zouden kunnen volgen. We verstoppen onze groet in de stenen nis van de voordeur op 2 m hoogte. Het dorp ligt in de diepte achter ons en baadt al snel in de zon. De wolken verdwijnen boven onze hoofden en laten toe dat de zon ons opwarmt. De dames van het gezelschap laten zich in een variante van de koppen van de grote communistische leiders vereeuwigen.
De GR5 neemt ons mee achter de kapel in de goede richting langs weiden en dan het bos in. De voorhoede ziet een beestje wegspurten, maar kan niet met 100% zekerheid zeggen of het een wezel was. Het modderig pad vordert verder langs weiden en we krijgen weer een vluchtshow van roofvogels. Weide in en weide uit, poort open en poort toe. En zo bereikt de groep het hoogste punt van vandaag: 1197m aan een schuiloord genaamd Les Vuillaumes. Nel demonstreert hoe je snel een gat graaft in een molshoop. Ze hapt stukken gras en modder eruit en zwiert ze in het rond. Erik kijkt gebiologeerd toe en neemt zorgvuldig foto’s.
We verlaten het weiland voor vandaag en bereiken Les Hôpitaux-Vieux. Een leuk wachtplaatsje vol met bloemen zorgt voor een korte verpozing. Maar verder moeten we. Mark voorspelt dat we om 16u53 aankomen. Het roodwit loopt langs de baan en langs een piste voor biatlon. Het pad duwt ons terug een bos in met een leuk smal paadje, maar het idyllische wordt verstoord door het geruis van wagens op de grote baan beneden. Het pad duidt op een bepaald ogenblik aan dat er paarden zijn en vraagt of de poort toe gehouden kan worden. De honden worden aangelijnd en we lopen door. Zonder enige aankondiging stormt er plots een mooi maar onstuimig bruin paard met beige streep ons tegemoet. Christian loopt vooraan en spreidt zijn armen. Het paard stopt gelukkig. Het is een druk en zenuwachtig gedoe tussen paard en mens. Gelukkig is de poort niet ver meer. Martine houdt haar stok in de aanslag om haar hondje te beschermen. Betty doet dat flink mee. Het paard weet niet goed wat te doen en komt en gaat vol twijfel kijkend naar die 8 stappers en hun honden. Het tweede zwarte paard blijft er rustig naar kijken en verroert zich niet. Animatie volop, de afloop een opluchting. Iedereen geraakt heelhuids aan de andere kant van de draad.
Het eindpunt is niet ver meer. De mannen discussiëren over een brug die nog moet genomen worden: erover of eronder of aan deze kant van de autobaan blijven? En tja …, we mogen over de brug. Het is een mooi kunstwerk zelfs, met houten planken (cederhout volgens Betty) en langs de buitenkant (zicht voor de eronder rijdende wagens) lijkt het op de romp van een oud schip. |
Er wordt vooraan getreuzeld, bloemen worden uitvoerig gemonsterd en besproken. Overal zien we de uitgebloeide gele gentiaan in weilanden of aan de rand ervan. Te vroeg dan voorspeld werd, bereiken we les Hôpitaux-Neufs (16u45).
Terwijl Wabbe wordt uitgekamd (ze ruift verschrikkelijk) en Rita en Mark de derde wagen gaan halen, vraagt een dame in haar beste Frans uitleg over de GR5. Het blijkt een Nederlandse uit Maastricht die eerst het Pieterspad in Nederland heeft gevolgd en nu ook de GR5 afstapt met 4 personen. Zij stappen 15 dagen per jaar in de zomer met af en toe een rustdag of met verplichte hersteldagen wegens kwetsuren. Ook zij zijn erg enthousiast over de tocht! Leuk die verbondenheid…
De inwendige mens wordt vertroeteld: biertje Pelfort in het café, met chips en nootjes vers gekocht in de plaatselijke kruidenier.
De slaapplaats van vanavond bevindt zich in Mouthe, de gîte Art et Randonnée. We hebben een leuk appartementje voor ons alleen met 4 slaapvertrekken en 2 douchen en dit voor 2 nachten.
De zonsondergang vanuit een van de ramen brengt de poëzie naar boven. Comme la vie passe vite avec ses amis; le temps de dire bonjour: « comment ça va », et c’est fini déjà. Heidi : « Le temps, ça passe vite. C’est comme la vie » (cf. France Galle). Betty : « ça passe vite. » Heidi : « C’est comme la vie ».
Om 20u mogen we aan tafel bij de buren. In de auberge Saint Patricks pub krijgen we ons avondmaal: koude groenteschotel, steak met aardappelen en sla en taart (appel of abrikoos) of flan. De gesprekken aan tafel variëren tussen de tocht van vandaag, over zalf voor wrijfwonden bij het stappen tot de bespreking van de antiekproducten die in onze gelagzaal staan en hangen (oude radio, fietske, zaagske, wafelijzer, …). Mark vertelt over de gele gentiaan die we onderweg gezien hebben en gebruikt wordt als likeur. Het is nog maar 21u20 en te vroeg om te gaan slapen. We hebben ons echter slecht voorbereid en zelf geen slaapmutsje gekocht, terwijl het kon in ons eigen appartement. We kunnen het niet laten en bestellen nog een drankje … waaronder de plaatselijke likeuren. Martine, Betty en Rita kiezen voor de gentiaan die goed wordt bevonden. Na het digestief volgen verhalen over kajak en kano ervaringen, worden sms’jes verstuurd en ontvangen en nog een streekbiertje gesavoureerd. Een prachtige sterrenhemel nodigt uit tot een korte wandeling in het dorp. Rond 23u30 kruipen we in de slaapzakken. En Martine is nog geen oma…
Dag 4: les Hôpitaux-Neufs (990m) tot Mouthe – staptijd: 6u30
Om 8u verorberen we het lekkere ontbijt in de gîte Art et Randonnée. Het lokaal verklaart de benaming van de gîte: er staan kunstboeken en minischildersezels en in de kamer ernaast liggen vellen tekenpapier. We maken de picknick en onszelf klaar en rijden naar het beginpunt. De klok wijst 9u30 aan op de kerktoren in les Hopitaux-Neufs wanneer we het dorp onder een mistig en miezerig weer uitstappen.
Vandaag stappen we op de echte GR5. Gelukkig zijn de hondjes blij en dartel wanneer ze weer losgelaten worden op een stijgend pad. Ook hier weer de constante: een dorp ontwikkelt in het dal aan het (levens)water en als je het verlaat, mag je dus klimmen…. |
Vandaag komen we op de hoogste toppen van de hele tocht tot nu toe.
Snel zijn we de bewoonde wereld uit. Dank zij verkeerd gelopen wandelaars die we op onze tocht meerdere keren zullen tegenkomen vinden wij onmiddellijk het juiste pad dat vrij onzichtbaar een weide schuin oversteekt richting bos. Onze vroege start zal vandaag niet worden teniet gedaan door verkeerd te lopen!
Onderweg krijgen we op panelen uitleg over allerlei natuur en historische weetjes. Mark leest voor aan de cabanne van de douane waar uitleg staat over een soort struik met rode bessen wat natuurlijk door Erik wordt gedigitaliseerd.
Verder klimmen langs leuke paadjes tot aan de skipiste en een circuit van de VTT in de zomer. Het is er steil en voetje voor voetje bereiken we opnieuw de 1200 m. Regen doet de capes weer aantrekken en in stilte vordert de groep hoger en hoger, onder de zetellift die in de mist voor Wabbe angstaanjagend blijkt te zijn. Ze blaft de hele heuvel wakker… Twee gespierde mannen lopen dartel naar boven en terug naar beneden …
Wij lopen in de wolken …. De Mont d’Or ligt gehuld in de mist en dus kunnen we de Alpen niet aanschouwen. Op de uitkijkpost van 1420m mag ik even uit de rugzak voor de foto. Nice zou nog op 345 km in vogelvlucht liggen. Maar het is te koud en nat om lang stil te staan. En dus trekken we na de sanitaire stop naar beneden. We moeten langs en door weiden met koeien en vaarzen die ons in een erehaag door hun weide dulden. In het mistige weer, bij de stilte van de berg, onder het zachte geklingel van koeienbellen krijgen filosofische gedachten een kans … Het GR5 pad geeft ons de kans te genieten van zacht weiland onder onze stapschoenen. Weide in, weide uit, poortbrug over, straat over en weide in. Ondertussen wordt het tijd om iets te eten. Mark ziet een oplossing op de kaart en enkele ogenblikken later zitten we om 13u te drogen en warm te krijgen in de sympathieke chalet la Boissaude. We verorberen een lekker maar zwaar uiensoepje en ons proviand. Ondertussen giet het buiten alles doornat. Op het moment dat we klaar staan om te vertrekken, klaart het op. De zon verwarmt en droogt alles. Heerlijk!
Onmiddellijk kiest het roodwit de weilanden weer op en volgt het elektriciteitsleidingen en palen. Het landschap is groen, bezaaid met bergjes van stenen en af en toe groepjes bomen. Betty vertelt dat het de streek is waar veel Kelten graven ontdekt zijn. De Kelten begroeven hun mensen onder een boom en de wapens werden erbij gelegd en overdekt met stenen. |
We zien verschillende bomen met dergelijke heuvelachtige glooiingen met stenen en mos. We hebben geen materiaal en geen tijd om op zoek te gaan. Maar de verbeelding voert ons terug naar de tijd van nimfen en trollen.
De GR5 voert ons recht naar het Zuiden. Dank zij de ophelderingen en de zon zien we de Mont d’Or nu wel in de verte achter ons liggen. De wolk waar wij in vertoefden, is in rook opgegaan. Wat een zicht moeten we daar gemist hebben…
Via weilanden en erg modderige bospaadjes vervolgen we de weg. Mark en Betty beweren een raaf te hebben gehoord.
We halen een groep stappers in en herkennen een medestapper die ons voordien had aangesproken op zoek naar zijn groep. Nog 6,8 km tot in Mouthe duidt de wegwijzer aan. Het is nu 15u15.
Onze tocht volgt leuke natuurwegjes; we zien amper de bewoonde wereld, wel de immer aanwezige producenten van de comtégrondstof en af en toe een boerderij of gîte. We bevinden ons midden glooiende landschappen met zicht op bossen en weiden voorzover de mist optrekt. Mooi, maar de Vogezen bekoren ons meer.
Weer kruisen we een skipiste en duiken het bos in. Langs een steile helling met trappen dalen we af tot aan de bronnen van de Doubs. Onze knieën hebben het gevoeld. Uit een spectaculaire rotswand stroomt spectaculair veel water. Onderaan is er een groot bassin dat, moest het warm zijn, zeker als zwemplaats zou dienen. Onze perceptie van een bronnetje is helemaal anders. Mark vindt het fenomenaal en hij niet alleen. Het is een toeristische trekpleister.
De GR5 volgt dan verder de Doubs die kronkelt door het landschap omzoomd met bloemen en planten en aangename geuren. Tijdens de voorbije dagen trouwens werden veel planten besproken en ontdekt door onze specialisten Heidi, Betty en Martine: de monnikskap! En de Eendbes! … De drie vrouwen benaderen het orgasme…
De lucht ziet grijs en verdonkert. Het zal niet lukken om droog thuis te geraken. De regen gutst neer op onze capes. Niet voor niets wordt deze streek het Siberië van Frankrijk genoemd omdat het er bijzonder vochtig en nat is. In het boekje leest Mark later op de avond dat het er ooit tot min 48 graden Celsius is gedaald. Het aperitief wordt ‘thuis’ genomen met wijn, kaas en chips. Auto’s worden gehaald en verder gezet. Het thuisfront kijkt naar het nieuws en vooral het weerbericht wordt gevolgd. Het ziet er niet te zonnig uit … maar we zien morgen wel.
Om 20u mogen we weer bij de buren aan tafel schuiven en krijgen het volgende menu voorgeschoteld: toast met kaas en worteltjes (lekker maar te veel en te zwaar … de uiensoep is nog niet verteerd…), hesp met paddestoelensaus en tagliatelle (ook lekker maar copieus …) en voor wie nog kan, is er appel- of citroentaart of een thee, kwestie van te kunnen verteren.
Iedereen is moe en we doen het vanavond soberder. Om 22u is het stil in huis …
Dag 5: van Mouthe tot Chapelles-des-bois – staptijd: 6u
Zelfde scenario als de dag voordien, met dat verschil dat alles ingepakt wordt en de kosten betaald. Om 9u30 staan we klaar voor de volgende tocht naar de gîte met de sauna!
Het is nog steeds somber en miezerig. Enkele regendruppels vallen. Afwachten wat de dag brengen zal. De plaatselijke bakker verkoopt lekker brood. Erik speelt onze drager.
De acht stappen vol moed Mouthe uit langs de hoofdstraat en draaien een zijstraat in voorbij de eetbarak van de ingeweken Algerijn, richting natuur. Een vlucht ongeïdentificeerde vogeltjes wordt gemonsterd. De paden zijn vandaag vochtig, maar we kruisen dan ook een moerassige streek, aldus debiteren de plantdeskundigen onder ons. Watermunt en andere soorten zien we volop en die staan graag vochtig. |
Erik fotografeert een slak die op weg is naar Nice en nog maar een kleine 320 km moet verder schuiven. Hij helpt haar over de brug want de brede gaten zouden haar tocht zwaar belemmeren.
In het gehucht Chaux-Neuve zien (en horen) we skischansspringers aan het werk op het kunstgras. De schans oogt bijzonder steil.
Vandaag voert de GR5 ons meer door bos of over verharde wegen. We vorderen dan ook bijzonder vlot.
Bos in en bos uit, langs weiden en zo bereiken we het dorp Lerneux. In de verte rijst het kerkje. Ernaast ligt de leuk uitziende gîte le Gran die jammer genoeg te vroeg op onze weg ligt, maar in ieder geval nuttig kan zijn als je met de rugzak zonder auto’s het traject aflegt.
De eerste liggende boomstammen zijn er te vroeg voor de vrouwen. Het is nog geen middaguur en de 11u-snack aan een gestapelde houtmuur is nog niet verteerd. We spreken af tot op het hoogste punt te gaan (1200 m) en dan te eten. Nog een half uurtje, wordt geschat. Het pad daalt echter eerst tussen 2 weiden om dan pas licht te stijgen. Een verlaten huisje nodigt Heidi en Kaat uit tot inspectie. Wie weet ligt er ergens een sleutel om het te bezichtigen… Maar ze vinden niets en een tafel buiten staat er niet. Verder dan maar op zoek naar iets beters. De volgende boomstammen langs de weg bekoren enkelen. Maar eensgezindheid ontbreekt vandaag. We zijn nog niet boven en de wind blaast er te veel. Verder dus tot de 3° goede keer?
Een volgende stapel mogelijke ‘stoelen’ liggend in de zon worden door de voorlinie voorbij gestapt. Boven gekomen zien we een mooie open ruimte, plat en gras, mooi maar nat, en geen boomstammen om op te zitten. Dus wordt er verder gezocht, terwijl de magen grommen en het humeurs brommen. Het roodwit brengt ons het bos uit en we bereiken een open plek vol omgehakte bomen. Het is er idyllisch vooral door het lieflijke geklingel van koeienbellen. Dit is de plek waarop we gewacht hebben. |
Groen, zit- en ligplaatsen genoeg en zon! 13u en hoog tijd om al het lekkers boven te halen en eraan te beginnen. Met smaak eten we het verse brood van de plaatselijke bakker op.
Het zachte en warme hout en het feit dat de wegwijzer nog maar 6,3 km aanduidt tot Chapelle-des-bois maken dat we ons neervlijen en overgeven aan de middagroes.
De koeien liggen een kleine 50 m verderop in een kring. Eén koe ligt in de voorlinie en houdt ons in het oog. Vooral de honden worden goed begluurd. Wabbe ligt vast aan de leiband. En Nel is enkel geïnteresseerd in wat er onder de grond zit.
Na een half uurtje stilte en rust, vinden sommigen dat genoeg. Er komt langzaam beweging.
Om 14u20 zijn de Mp stappers terug op weg. Nog 2 uurtjes voor de boeg en dan kunnen we eindelijk in de veelbesproken en door Danny (of was het Luc?) aangeprezen gîte met sauna onze intrek nemen. Om kwart voor vier komen we toe. Drie vrijwilligers (Christian, Heidi en Erik) halen de auto’s. De rest ploft binnen in de zetel en proeft het plaatselijke Jura-biertje: Combe de lion of de ambre de ‘aucune idée’. |
De honden liggen eveneens uitgeteld op de grond. De plaatselijke viervoeter, een kruising van een Berner Sennenhond met iets anders, is opgetogen met het bezoek van de twee teefjes. Maar ze geven hem niet veel aandacht.
En dan is het tijd om te zweten in de sauna en uitgebreid te weken in het bubbelbad. De vrouwen hebben geluk. Maar de mannen – op Christian na – kunnen maar even het bad in. De zekering is gesprongen (kortsluiting) en het bubbelbad kan niet meer gebruikt worden, op het risico van met piekhaar uit het water te komen... Pech dus.
De vermoeidheid laat zich nu wel dubbel voelen. Tijd om de dorst te lessen op het terras bij de avondzon. En dan om 19u30 aan de dis. We zijn benieuwd wat we vandaag voorgeschoteld krijgen. Eindelijk … raclette: kaas, cornichons, champignons in vinaigrettesaus en lekkere aardappelen in de pel. Mmm loeit Erik en deze keer is het niet omdat hij de koeien imiteert. Nadien nog sla en als toetje een myrtille taart!
We eten weer ons buikje rond. Mark en Chris gaan de auto zetten voor morgen. Erik blijft met de 5 vrouwen achter. Aan de tafel naast ons is er ambiance. Er wordt duidelijk iets gevierd. We vragen uitleg en blijkbaar is het een feestje voor de 6 mannen die dit jaar 50 jaar geworden zijn. Ze kennen elkaar al 30 jaar, want ze hebben samen in hetzelfde regiment gezeten. We vinden dat ze er oud uitzien … Zien wij er ook zo uit?
Om 22u zijn de ‘autozetters’ terug. We hebben ons zolang wakker kunnen houden … Tijd om kamer 3 of 4 op te zoeken.
Dag 6: Chapelle-des-Bois tot 3 km na les Rouses – staptijd: 6u30
Het ontbijt in deze gîte is dik in orde! Verse en lekkere confituur, verschillende soorten kazen (niet evident als ontbijt bij de Fransen), getoast brood en meer dan genoeg. Het weer vandaag oogt fantastisch: helblauwe lucht en zon!
Om 9u25 verlaten we het dorp en haar speciale kerk (zinken platen dak) met vers brood in de rugzak onder een opwarmende zon. Wolken komen aandrijven … maar we hebben er goede hoop op. Het roodwit volgen we gedwee richting een rechte steile rotswand met een van ver zichtbaar immens kruis.
Het wordt een pittige klim, eerst door een weide om dan zigzaggend de steile helling op te kruipen. Stapje voor stapje, rots op en af en verder tot boven. De beloning is fantastisch: een prachtig vergezicht, mooie bloemen in de buurt van een verraderlijke afgrond. Aan het kruis wordt de hoogte op 1326m bepaald. We genieten uitgebreid van de weidsheid en de wijsheid opgedaan aan het informatiebord. Het bos zou in de vlakte in ha toenemen ten nadele van de landbouw. |
Een ouder koppel boven gunt ons geen ‘bonjour’ en amper een blik. Ochtendhumeur? We zullen ze later nog tegenkomen…
Het pad voert ons verder op en af door het bos over hobbelige en modderige paadjes. We lopen terug op Zwitsers grondgebied. De grenspalen sieren het Gr pad regelmatig. Het geeft een leuk gevoel om op beide landsdelen te vertoeven.
Even verder vinden we de man van het koppel alleen midden in het bos. Hij staat te wachten, maar de hondjes vinden hem een bedreiging en blaffen erop los. Hij vindt zijn vrouw niet meer en vraagt of wij haar gezien hebben? Schouderophalend vervolgt hij dan maar zijn weg. Op de Roche Bernard zien we ze samen terug in de diepte. Ze hebben elkaar gevonden, maar zwaaien niet terug. Wij snoepen een 12-uurtje. Volgens ons boekje zijn we nog maar 1u45 gevorderd, terwijl we al 2u30 onderweg zijn. We besluiten een marche forcée te houden en rond 13u te eten.
Het tempo wordt opgedreven. Gelukkig mogen we veel dalen en maar af en toe stijgen. De weg is breder en dus gemakkelijker begaanbaar. De zon blijft ons verwarmen en het windje koelt ons af. Ideale temperatuur dus. Ondanks onze vaart om tijd in te halen, houden we halt aan de abri die we onderweg tegenkomen. Hoog tijd om een briefje met opdracht voor die van het Rekenhof te verbergen. Het kleinood wordt vakkundig met de nodige commentaar van de 8 verstopt boven de binnendeur. De vraag die ze moeten oplossen, luidt: wanneer was Remy hier voor het laatst? Het antwoord moeten ze ons smsen. (antwoord: Remy was hier het laatst op 3 juli 2005 – en de drie volgers hebben zowel het briefje als het antwoord na lang zoeken - zo komen we enkele weken later te weten - gevonden.)
Tijd om verder te gaan. De omgeving wordt meer open. We lopen midden weiden met, zoals dagelijks op onze tocht verdorde gele Gentiaan en ander groen aan de rand. Het GR pad voert ons vervolgens terug in het bos en aan een asfaltweg liggen onze ‘eetbanken’ te wachten. Deze keer zonder enige discussie en op schema schuiven de acht eensgezind aan de boomdis. Het brood wordt vakkundig door Erik gesneden en met smaak verorberd. Er is genoeg voor iedereen! Ook de viervoeters krijgen hun deel en de restjes. Erik kleurt zijn nieuwe broek met boomhars. Niet simpel om dat met een mesje eraf te schrapen, zeker gelet op de delicate plaats... Kaat krijgt de eer.
Geen dutje vandaag want geen tijd. De route is nu breed en vaak geasfalteerd zodat de groep goed vordert. Het pittige stijgen en dalen van de start, is vervangen door vals plat of licht dalend. We bevinden ons in natuurgebied. |
Volgens Mark en het boekje is het nog een kleine 4u tot aan onze stopplaats. Wat verder lezen we op de stapwegwijzer dat het nog maar 3u stappen is tot aan Les Rousses. Vol nieuwe moed volgen we de GR5 die goed is aangeduid verder. Het landschap is wisselend en we stappen over leuke paadjes omzoomd door bos en vaak met mooie vergezichten. Erik mijmert over hoeveel liters witte en rode verf we al zouden gezien hebben …?
Vroeger dan verwacht, om 16u30, bereiken we les Rousses onder een stralende zon. Volgens de wegwijzers ligt Chapelle-les-bois (ons vertrekpunt) op 6u05 afstand. We zijn 7u onderweg geweest, maar hebben zeker 1u30 halt gehouden; kortom, een flink ritme.
Het pleintje met café bonbonnière kunnen we niet missen. De pression of koffie smaakt. De heren spelen andermaal vrijwilliger en gaan de auto’s halen. De dames hebben nog 3 km voor de boeg langs de GR5 tot aan de slaapplaats auberge de jeunesse du Bief de la Chaille (1041m) . Het wordt nog een leuke wandeling door het bos over gezellige zachte paadjes. Slechts wat koeien en een quad verstoren even onze rust. Een auberge onderweg met bijenkorven aan een riviertje, ziet er ook best gezellig uit. Maar we moeten nog verder en bereiken even later om 18u onze bestemming.
Rita regelt ons verblijf en krijgt alle gebruiksaanwijzingen mee: geen honden binnen, schoenen beneden in kelder, eten om 19u30 en helpen bij het dekken en afruimen van onze tafel. De gerant is een Nederlander die al 20 jaar de ecologisch geëngageerde auberge openhoudt met zijn Française. Kamer 1 en 5 worden ons toegewezen. We schuiven aan voor de verfrissende douche. Genieten op het terras van ons zelf gekocht flesje wijn en chips.
De tafel wordt gedekt met 1 soepbord en bestek. Menu: soep – spaghetti met blanquette de veau en een champignonsaus. Als dessert volgt een ondefinieerbaar dessert (fruitsla uit blik met pudding). Het smaakt allemaal. Meer moet dat niet zijn. Buiten onze tafel zijn er nog twee andere tafels bezet met families. Het is er gezellig.
Om 22u30 liggen we weer in onze nest. De buitenlucht en de fysieke inspanningen overgoten met wat alcohol, geeft een gezonde slaapgoesting.
Dag 7: auberge du Bief de la Chaille (1041m) tot Nyon (375m) – staptijd : 6u
Vandaag is het schitterend weer, terwijl de voorspellingen bij de ene al slechter klonken dan bij de andere. Rita is goed gehumeurd, want ze heeft eindelijk een zeer goede nachtrust gehad. Dat werd tijd, we hebben nog maar 1 nacht te gaan…
Erik, Chris en Kaat rijden naar Zwitserland om de auto’s te droppen. Maar werken onderweg, foute uitleg van de ‘madame’ en zoeken naar parking, zorgen voor een lange wachttijd voor de 5 anderen. Ze vinden het niet erg te wachten in de zon en hebben de volgende stapdagen en het nieuwe boekje overlopen.
Om 11u10 vatten we het laatste traject van dit jaar aan. Er staat een flinke afdaling te wachten, van boven de 1000m tot aan 400m. De knietjes zullen afzien.
Maar eerst kiest de GR5 om te stijgen tussen weiden en loopt het even samen met de GR9 die van de Pyreneeën naar Hongarije loopt. Er moet wat afstand op het asfalt worden afgelegd langs een drukke baan. Dat valt tegen na 6 dagen natuur…Zo bereiken we La Cure en steken de grens over. We zien het roodwit niet meer en zoeken tevergeefs. Wat later valt de Zwitserse frank, het roodwit is vervangen door een geel ruiten sticker met vermelding van route pedestre. Het geel loopt wat te lang langs de baan, maar kiest nadien voor de groene weiden. |
Om 13 u kiezen we een laatste picknickplaats midden in de weiden onder dennen, aan rotsblokjes en een afgezaagde boom die tot tafel wordt gebombardeerd. De laatste resten worden verdeeld en opgegeten. Er is nog genoeg van alles: smeer- en andere kaas, appel, chocolade, brood … het smaakt weer voortreffelijk in de natuur. En het kader is één van de betere van deze tocht. De zon blijft schijnen, het windje is bescheiden. De uitgebloeide gele Gentiaan blijft trouw aanwezig. Een korte siësta is haast niet te vermijden door de warmte van de zon. De Jura met zijn honderden beiaarden wordt er in onze herinneringen gegrift.
Bijna 14u en tijd om verder te gaan. De bloemenpracht wordt bewonderd. Deze keer zien we mooie zilverdistels en ook de zeldzame herfsttijloos is weer aanwezig. Heidi, Betty en Martine halen hun geestelijke bloemenencyclopedie naar boven. Rita en Mark doen mee. De drie anderen luisteren geïnteresseerd en leren bij. Vandaag wordt ook de tijm in bloei gezien. Een lijstje van de ontdekte plantsoorten wordt opgetekend: veldsalie, speerdistel, beemdkroon, gele gentiaan, herfsttijloos, wilgenroosje, centauria, rolklaver, balsemien klokje, gras-, akker- en zuigklokje, vilde marjolein, valeriaan, watermunt, pimpernel, monnikskapje, zilverdistel, slangekruid, kattenstaart, wederik, helleborus, ibericum of St-Janskruid, Tijm, blaassilene en nog een heleboel andere, soms niet definieerbare planten.
Het doorkruisen van de vele alpenweiden doet denken aan de film van Heidi in de bergen. Betty vertelt het droevige verhaal van Clara, het lamme meisje en Heidi die weglopen van de boze tantes. Maar alles loopt goed af en de geitenjongen Peter voelt wel wat voor Heidi… Maar we zien geen geitenjongen.
Een smaller pad tussen bomen en omzoomd door braamstruiken breekt de flinke tred. Ze smaken heerlijk! Het pad klimt even om ons dan eindelijk een prachtig zicht op de Alpen te gunnen. Adembenemend zoals ze daar liggen in de zon. Voor de enen zijn ze aanlokkelijk, voor de anderen wekken ze een lichte angst op. Vooral de vijf wachtenden van deze ochtend, weten wat ons te wachten staat. Klimmen en dalen, met volle rugzak, doet nadenken over spierkracht en knieën, rug enzovoort. Waren we nog maar 20 jaar…
Verder nu naar Nyon. Al dalend over weiden naderen we de bewoonde wereld en bereiken we rond 15u Saint-Cerque (1041m). Tijd voor een koffietje, vindt de ene helft. De andere helft wijst erop dat we nog 3u moeten gaan. De koffie wint het en het is de moeite waard! Kimbo koffie in restaurant/brasserie la Poste op het terras achteraan, weg van de drukke baan. De korte stop (18 min) geeft voldoende cafeïne om het volgende traject langs de drukke baan in een sneltempo af te leggen. Auto’s en moto’s razen ons voorbij. Gelukkig kiest het geel voor een zijweg en keert de rust terug. Het verkeersgeluid blijft ons vergezellen. |
Een leuk pad, een oude heirbaan zo blijkt, loopt recht naar beneden en zorgt ervoor dat we regelmatig de baan over moeten steken. Het dalen en de omgeving vallen beter mee dan verwacht. De gerant van de auberge raadde dit traject sterk af en verstond niet waarom we persé naar Nyon wilden stappen. Er zijn hier veel mooiere wandelwegen, zo probeerde hij ons te overtuigen. We krijgen regelmatig een glimp te zien van het meer en van de Alpen.
Op het einde van het bos volgen we een asfaltweg die gelukkig niet veel meer gebruikt wordt. Van dan af hebben we een prachtig zicht op de Alpen en het meer. De bergen lonken.
We komen aan in bewoond gebied. We passeren fruitteelt, maïs, druivenranken en een kerkhof. Zo komen we in het dorp Trélex en volgen nog een klein leuk paadje door het dorp en langs het water. De aankomst in Nyon is ontnuchterend. We moeten onder de spoorweg en geraken verzeild in snellende werkmensen in maatpak die thuiskomen. We proberen de volgende werkdagen nog weg te duwen en stappen in ons tenue, helemaal uit de toon, door de winkelwandelstraten van Nyon tot aan het meer. Een vriendelijke bewoner neemt een foto van ons alle 8 met honden. Het is weer eens goed gepasseerd!
We kunnen gelukkig nog wat afkicken in onze auberge voor we de volgende ochtend vroeg en uitgeslapen terug huiswaarts keren…
Tijdens het avondeten in een plaatselijke Italiaans restaurant worden de plannen voor de volgende tocht gemaakt. We vertrekken aan de andere kant van het meer. Eén probleem, wat moet er met MPII gebeuren? Ik kan niet worden achtergelaten! Er wordt geloot en ik mag mijn tijd in België doorbrengen, bij Erik op de schouw!
Impressies van de stappers…
Betty: Acht stappers, een hondje en een stinkbom, trotseerden 6 dagen lang glibberige bospaadjes, frisgroene alpenweiden, trouw vergezeld door gele Gentiaan, grasklokjes en herfsttijloos. Genoeg adrenaline om de Belgische winter te trotseren.
Erik: klingeling, klingeling, ik heb geen zin … om naar huis te rijden…
Heidi: prachtige Juraplekjes aaneengeregen door bloemrijke bermen. Om dan langs glooiende alpenweiden vol met bruin wit kleppende klokken in het meer van Genève te duiken; gevolgd door streepjes zon en dikke witte wolken. Waar is geitenpeter?
Martine: overdadige kaasroute, weilanden met lekkere kakka brûlé..
Chris: van bergtoppen verscholen in mist en regen tot het lac van Genève in de zon en op het terras.
Rita: Onze Juratocht die herfstig begon
Gaandeweg langs glooiende weilanden verscheen de zon
Om te eindigen met zicht op het meer van Genève in Ny-on.
Mark: een beiaardsymfonie met milka acteurs door het Jura landschap. Ik kom te voet bijna in Nice mor bier is er gelukkig overal. (Zoek de 2 kazen …)
Kaat: ontdekken van Jura en planten, genieten van klokkenbeiaard in volle natuur, vinden van gepaste eetplaatsen, koeien die kijken en hondjes die honds zijn … en veel te veel te noteren…